Opheffen vertrouwelijkheid

De vertrouwenscontactpersoon kan in de situatie komen dat men de vertrouwelijkheid moet doorbreken. De vertrouwenscontactpersoon informeert de betrokkene over de gevolgen die dit heeft voor de stappen die de vertrouwenscontactpersoon gaat nemen. De portefeuillehouder beoordeelt hoe vanuit de bestuurlijke verantwoordelijkheid moet worden gehandeld. Indien dit handelen vereist dat (een deel van) de vertrouwelijkheid moet worden opgeheven, zal betrokkene van de portefeuillehouder hierover uitleg krijgen en om zijn of haar toestemming worden gevraagd. Bij toestemming van de betrokkene is de verantwoordelijkheid opgeheven. 

Opheffen van vertrouwelijkheid / stappen:

  • de vertrouwenscontactpersoon en/of de portefeuillehouder heeft betrokkene uitgelegd waarom hij of zij deze stap moet nemen en om diens toestemming daarvoor is gevraagd;
  • het is gebleken dat er geen andere weg is dan het opheffen van de vertrouwelijkheid om het voor de portefeuillehouder mogelijk te maken zijn verantwoordelijkheid te nemen;
  • naar het oordeel van de portefeuillehouder het niet-opheffen van de vertrouwelijkheid voor betrokkene en/of derden schade of gevaar zal opleveren en dit kan worden voorkomen;
  • er in gevallen van ernstige twijfel bij de vertrouwenscontactpersoon en/of bij de portefeuillehouder aan de juistheid van het opheffen van de vertrouwelijkheid, advies van een collega op bondsniveau of CVSN heeft plaatsgevonden.

Opheffen van de vertrouwelijkheid gebeurt overigens met inachtneming van alle verplichtingen die de portefeuillehouder en vertrouwenscontactpersoon hebben voor de bescherming van de privacy van alle betrokken partijen. Met de betrokkene bespreekt de vertrouwenscontactpersoon en de portefeuillehouder de mogelijke gevolgen van deze stap en verwijst de betrokkene naar relevante hulpverlening. Tevens wordt afgesproken hoe de betrokkene op de hoogte wordt gehouden van het handelen van de portefeuillehouder.

Vertrouwelijkheid opheffen zonder toestemming betrokkene kan ook voorkomen:

  • als de betrokkene zelf in gevaar verkeerd en niet kan/durft te handelen voor de eigen veiligheid;
  • vanwege het algemeen of maatschappelijk belang van een veilige sportomgeving dat het belang van het individu overstijgt;
  • vanwege de Nederlandse wetgeving die in bepaalde gevallen de vertrouwenscontactpersoon en de portefeuillehouder verplicht om de vertrouwelijkheid te doorbreken;
  • vanwege Meldplicht seksuele intimidatie, matchfixing en doping voor bestuurders en begeleiders zoals belegt in het tuchtrecht.